Je wilt er misschien liever niet aan denken, maar het is goed om te beseffen dat je pensioen ook wijzigt, wanneer je komt te overlijden. Je politiepensioen bestaat namelijk niet alleen uit pensioen voor later, maar ook uit een nabestaandenpensioen. 

Wat is er voor mijn nabestaande(n) geregeld?

Nabestaandenpensioen is pensioen voor je partner en je kinderen vanaf de dag na je overlijden. Dat geldt wanneer je:

• overlijdt tijdens je dienstverband bij de politie
• in het verleden bij de politie hebt gewerkt
• gepensioneerd bent. 

Of en hoeveel pensioen je partner en/of je kinderen ontvangen, vind je op MijnABP. Je leest het ook op je uniform pensioenoverzicht of op mijnpensioenoverzicht. Voor je partner is er een levenslang pensioen. Voor je kinderen is er een pensioen tot 25 jaar (in het verleden eindigde deze uitkering eerder). 

Hoe kan ik mijn partner aanmelden?

Je partner moet aangemeld zijn bij het ABP om recht te hebben op het nabestaandenpensioen. Dit gebeurt automatisch als je in Nederland getrouwd bent of als partners geregistreerd staat. Woon je samen en hebben jullie een samenlevingscontract? Dan is het van belang om je partner zelf aan te melden. Alleen dan is er recht op een nabestaandenpensioen.

Wat is de hoogte van het nabestaandenpensioen?

De hoogte van het nabestaandenpensioen verschilt per persoon. Het ligt aan je huidige salaris, maar ook aan je salaris in het verleden. Het ligt aan de periode dat je al hebt gewerkt en aan het aantal jaren dat je nog kunt werken. Maar ook of je een ex-partner hebt die recht heeft op een gedeelte van het nabestaandenpensioen. Check de hoogte van het nabestaandenpensioen op MijnABP, op je uniform pensioenoverzicht of mijnpensioenoverzicht.nl.   

Huidige nabestaandenpensioen

Sinds 2018 bouw je naast je ouderdomspensioen ook nabestaandenpensioen op. Oftewel : iedere maand dat je werkt, groeit zowel het potje ouderdomspensioen als het potje nabestaandenpensioen. Sinds 2018 is het nabestaandenpensioen 70% van je ouderdomspensioen. Daarvoor was het nabestaandenpensioen lager. 

Waarom is er geen pensioenopbouw tussen 1 juli 1999 en 1 januari 2018?

Tussen juli 1999 en 1 januari 2018 was het nabestaandenpensioen een verzekeringsproduct. Je kunt het vergelijken met een brandverzekering. Je betaalde premie ‘voor het geval dat’: kwam je te overlijden in die periode, dan was er een nabestaandenpensioen. Bleef je leven, dan was er ook geen nabestaandenpensioen. Heb je tussen juli 1999 en 1 januari 2018 bij de politie gewerkt en daarna niet meer? Dan heb je tijdens dit dienstverband geen nabestaandenpensioen opgebouwd.

Met pensioen en je nabestaandenpensioen

Op het moment van je pensioenaanvraag, kies je de hoogte van je nabestaandenpensioen. Dat is namelijk het moment dat je kunt kiezen om (een gedeelte van) je nabestaandenpensioen om te ruilen in extra ouderdomspensioen of andersom. Uiteraard hoef je geen pensioen te ruilen. Je kunt de hoogte ook zo laten als het is. 

Je kunt je partner aanmelden tot het moment van de pensioenaanvraag. Ben je al met pensioen? Dan kun je je partner niet meer aanmelden en is er geen nabestaandenpensioen voor de partner gereserveerd.  

Waarom kan ik niet mijn volledige nabestaandenpensioen ruilen? 

Je kunt niet het nabestaandenpensioen - dat je hebt opgebouwd vóór 1 juli 1999 - ruilen voor extra ouderdomspensioen. Werkte je al vóór 1 juli 1999 bij de politie en wens je geen nabestaandenpensioen (bijvoorbeeld omdat je geen partner hebt)? Op dat moment bestond de mogelijkheid tot ruilen van pensioen nog niet, dus kun je in dat geval niet het nabestaandenpensioen ruilen voor extra ouderdomspensioen.