ACP hekelt willekeur en langdurige onduidelijkheid bij integriteitsonderzoek

ACP hekelt willekeur en langdurige onduidelijkheid bij integriteitsonderzoek

12 nov 2020,

Integriteitsonderzoek bij de politie schiet ernstig tekort. Een interne evaluatie naar dit onderdeel van Veiligheid, Integriteit & Klachten (VIK) constateert willekeur en langdurige onduidelijkheid. Bovendien wordt de impact onderschat die een disciplinair onderzoek heeft op de betreffende collega’s. ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp: “De toon van dit rapport is mild, maar de bevindingen zijn spijkerhard. Het systeem dat de werkgever heeft opgetuigd voor integriteitsonderzoek rammelt aan alle kanten. Wij rekenen het werkgever zwaar aan dat hij geen ‘goed werkgeverschap’ laat zien en verwachten excuses naar de collega’s die ten onrechte zijn beschadigd.”

De ACP vindt het schrijnend, dat juist bij een heikel onderwerp als integriteit de procedures tekort schieten. Politiemensen worden daarvan de dupe. De evaluatie over integriteitsonderzoeken constateert fouten over de gehele linie. Zo bestaat er geen criterium voor wanneer een onderzoek in de lijn kan worden afgedaan en wanneer een disciplinair onderzoek kan of moet worden opgestart. De evaluatie meldt verder dat niet alle sectorhoofden en eenheden op dezelfde manier omgaan met meldingen van plichtsverzuim. Daar komt nog bij dat de afronding van onderzoeken te lang duurt, met alle gevolgen van dien voor de collega’s die dit moeten ondergaan. De ACP gaat er vanuit dat er naar eer en geweten wordt gehandeld door de politiemensen die de VIK-onderzoeken uitvoeren. Maar het systeem waarbinnen zij dit moeten doen, vertoont aan alle kanten ernstige gebreken.

Positie OM en onafhankelijkheid onderzoek

 In de eerste bijlage van de evaluatie valt te lezen hoe  politiebonden al bij de oprichting van het VIK hun zorgen hebben geuit over de kwaliteit van het proces en de zorg voor betrokken medewerkers. Na zeven jaar kan worden vastgesteld dat die zorgen volkomen terecht waren. Met name de stapeling van rollen en verantwoordelijkheden (de slager keurt haar eigen vlees) had volgens de ACP nooit zo vorm mogen krijgen. Ook aan de vermenging en betrokkenheid van het Openbaar Ministerie (OM) in het huidige systeem is onaanvaardbaar. Het OM gaat over een strafrechtelijk traject (dus wanneer iemand verdachte is) en niet over een disciplinair traject.

Beschadigde collega’s

Van de Kamp: “Politiemensen hebben een ijzersterk rechtvaardigheidsgevoel. Dat maakt het extreem pijnlijker als zij zelf onderwerp worden van integriteitsonderzoek.” De juristen van de ACP staan jaarlijks vele politiemedewerkers bij naar wie een onderzoek wordt ingesteld. Zij zien dat ook als het maar om kleine foutjes gaat (zoals een ongelukkige opmerking) het maanden kan duren voordat de politieman of -vrouw in kwestie duidelijkheid krijgt. In die tijd krijgen collega’s er lucht van dat er een onderzoek loopt, sommigen denken ‘waar rook is, is vuur’ en zelfs als iemand tijdens het onderzoek wordt overgeplaatst- zingen de geruchten al snel rond op de nieuwe locatie. Doordat de betrokken medewerkers vaak niet de mogelijkheid hebben om de eigen kant van het verhaal toe te lichten, krijgen ze regelmatig het gevoel met de rug tegen de muur te staan.

Tegenstrijdigheid in evaluatie

Uit de evaluatie blijkt dat het systeem zoals het nu is ingericht, onvoldoende functioneert. Er worden vergaande conclusies getrokken die de juristen van de ACP herkennen uit disciplinaire onderzoeken die zij zelf behandelen. Toch wordt in de evaluatie ook geschreven dat ‘uit dossieranalyse blijkt dat de meerderheid van de onderzoeken zorgvuldig en onvooringenomen wordt uitgevoerd’. Dat lijkt tegenstrijdig aan de conclusies verderop in het rapport en de basis voor die uitspraak (de dossiers uit de analyse) kan onmogelijk worden gecontroleerd.

Werkgever, neem je verantwoordelijkheid!

De gedragingen van medewerkers die door het VIK worden onderzocht, kunnen laakbaar zijn, maar het gedrag van de werkgever is dat ook. De ACP wil hierover met werkgever in gesprek. De huidige integriteitstak van het VIK (en de omgang van de werkgever daarmee) moeten in dat gesprek centraal staan. De ACP wil op geen enkele manier wat afdoen aan de mogelijke ernst van gedragingen van betrokken collega’s. Maar de werkgever had die gedragingen wel zuiver moeten beoordelen en (waar nodig) bestraffen. De ACP verwacht dat de werkgever hierin haar verantwoordelijkheid neemt.

 

OOK INTERESSANT

bottombanner

LID WORDEN VAN DE ACP?

AANMELDEN