ACP: meer informatie-uitwisseling nodig bij stalkingszaken

ACP: meer informatie-uitwisseling nodig bij stalkingszaken

11 jun 2019, Werk

Het tv-programma EenVandaag besteedde zaterdagavond 8 juni aandacht aan stalking. De politie krijgt vaak het verwijt dat ze niet ingrijpen bij stalking en slachtoffers met lege handen laat staan. ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp legt in het programma uit dat het niet zo zwart-wit ligt en dat informatie-uitwisseling tussen verschillende partijen cruciaal is.
 

Impact

Zo’n 1 op de 6 mensen wordt gestalkt, waarvan een derde van de slachtoffers te maken krijgt met geweld. Stalking heeft een grote invloed op het leven van de slachtoffers, die het gevoel hebben dat ze constant over hun schouders moeten kijken. In 2017 deden 2.820 mensen aangifte, waarvan het merendeel vrouwen die worden lastiggevallen door hun ex-partner. Slachtoffers die gestalkt worden, voelen zich vaak niet gehoord en vinden dat de politie niet genoeg ingrijpt.

Gebonden aan regels 

Politiemensen zijn echter gebonden aan de regels van het strafrecht. Een slachtoffer kan misschien aannemelijk maken dat hij of zij wordt gestalkt, maar de politie moet aantonen dat het ook daadwerkelijk zo is. Er moet bewijs worden verzameld dat iemand stelselmatig wordt lastiggevallen en dat de stalker gevaarlijk is. Dit is een langdurig proces. Een foto of een filmpje is geen bewijs, wanneer niet wordt aangetoond dat de stalker daadwerkelijk op dat moment bezig was met stalken.

Daarnaast zal de politie pas iemand aanhouden wanneer zij denkt dat het ook werkelijk tot een veroordeling komt. De politie wil voorkomen dat een stalker in de rechtbank wordt vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Ook moet er volgens de ACP goed worden gekeken naar de straf die een stalker krijgt opgelegd. Juist omdat een stalker vaak dwangmatig gedrag vertoont, is alleen een gevangenisstraf in de meeste gevallen niet de oplossing. Wanneer een stalker vrijkomt, kan het stalken weer opnieuw beginnen.

Beperkte opties

Op dit moment moet de politie ook nog elke stalkingszaak apart bekijken, ook wanneer dezelfde dader in het spel is. Voor slachtoffers is dit erg frustrerend. Het zou de politie en het slachtoffer zeer helpen wanneer dit proces makkelijker wordt gemaakt, zodat de stalker sneller wordt aangepakt.

ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp: “Politiemensen krijgen vaak de zwarte piet toegespeeld, terwijl zij gebonden zijn aan de regels van strafrecht. Toch kijkt iedereen naar de politie, wanneer de stalking lijdt tot enorme maatschappelijke onrust, bijvoorbeeld wanneer het gaat over mishandelingen of erger. En dat snappen we. Wat wij proberen duidelijk te maken, is dat onze opties heel beperkt zijn.”

Informatie-uitwisseling

Volgens de ACP is het dan ook van groot belang dat er meer informatie-uitwisseling komt tussen verschillende partijen. Wanneer een slachtoffer in een vroeg stadium bij een zorginstelling aangeeft dat er sprake is van stalking kan er een dossier worden opgebouwd. En ook wanneer de stalker, die vaak psychische problemen heeft, bekend is bij bijvoorbeeld de GGZ of reclassering moet dit worden gedeeld. Voor de politie is het heel lastig wanneer niet alle informatie voor handen is, waardoor zij soms een verkeerde inschatting maakt over hoe gevaarlijk een stalker is. Helaas gebeurt deze informatie-uitwisseling bijna niet, vanwege privacywetgeving en medisch beroepsgeheim. Het is aan het kabinet om de wetgeving hierover aan te passen.

ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp: “Als de politiek de wetgeving niet wil aanpassen, dan moet de bal niet alleen bij de politie worden gelegd wanneer het fout gaat. De politiek moet hier eerlijk over zijn tegenover slachtoffers en de samenleving. De politiek zal moeten uitleggen dat ze de wet niet wil veranderen, omdat zij vindt dat dat de privacy schendt. Dat is dan een politieke keuze.”

 

OOK INTERESSANT

bottombanner

LID WORDEN VAN DE ACP?

AANMELDEN