ACP wint RAAF-zaak teamchefs B

ACP wint RAAF-zaak teamchefs B

15 dec 2020, Juridisch

De Centrale Raad van Beroep heeft twee leden van de ACP in het gelijk gesteld. De twee teamchefs B vonden dat hun RAAF-verzoek voor een andere functie ten onrechte was afgewezen en stapten met de ACP naar de rechter. Het is een van de eerste uitspraken van de CRvB (de hoogste rechter in ambtenarenzaken) over de RAAF (Regeling Aanvraag Andere Functie). Het winnen van de zaak is positief voor lopende zaken van andere teamchefs B.

Politiemensen die tenminste een jaar ander werk doen dan vermeld in hun LFNP-functie, kunnen sinds juli 2017 een RAAF-aanvraag doen bij de werkgever. De twee teamchefs B die door de CRvB in het gelijk zijn gesteld, begonnen een zaak omdat zij hetzelfde werk deden als collega teamchefs C. Maar de teamchefs C zitten twee salarisschalen hoger. De ACP vroeg de rechter om aan te geven of een politiemedewerker die solliciteert en een collega die door de RAAF een functie wil bereiken worden gezien als gelijke gevallen. Wie een beroep doet op de RAAF, moet namelijk voldoen aan niveaubepalende elementen. Bij collega’s die door een sollicitatie een functie krijgen, is dit niet het geval. Dat kan bijvoorbeeld komen doordat bepaalde werkzaamheden voor die afdeling niet zijn ingericht. De ACP vindt dit verschil niet terecht.

Het oordeel van de CRvB

De Raad vindt dat iemand die een RAAF-verzoek indient, moet kunnen aantonen dat aan alle niveaubepalende elementen van de gewenste functie is voldaan. Voldoen aan (iets meer dan) 50% van de niveaubepalende elementen, is dus niet voldoende.

Bij de  zitting werd door de korpschef erkend dat het voor teamchefs B moeilijk is om aan de niveaubepalende elementen te voldoen en dat bepaalde elementen niet (meer) voorkomen in de verschillende basisteams. In de dagelijkse praktijk doen de teamchefs B en C dan ook hetzelfde werk en ook de korpschef erkent dat de teamchef B en C als een tandem verantwoordelijk zijn voor het team. De Teamchef B kan dus niet of nauwelijks aan de niveaubepalende elementen voldoen, die in de praktijk (zo goed als) los zijn gelaten. Desondanks wil de korpschef onverkort aan de elementen vasthouden in de RAAF, terwijl dat bij een sollicitatie niet het geval is. De Raad volgt de korpschef hierin niet. In de RAAF is een uitzondering opgenomen op het uitgangspunt dat aan alle niveaubepalende elementen moet zijn voldaan.

In dit geval heeft de korpschef ervoor gekozen om nagenoeg alle elementen die teamchef B doen verschillen van teamchef C elders te beleggen. Dat mag volgens de Raad niet in het nadeel van betrokkene uit worden gelegd. De raad heeft daarom gekeken of de werkzaamheden voldoen aan hoe deze door de werkgever organisatorisch zijn ingericht. Op grond van het gelijkheidsbeginsel mogen er namelijk aan de aanvrager geen andere functie-eisen worden gesteld dan aan de degenen die de gewenste functie al vervullen. Nu de teamchef B in de praktijk dezelfde werkzaamheden, met dezelfde mate van verantwoordelijkheid, vervult als die organisatorisch aan de teamchef C toebedeeld zijn, concludeert de Raad dat het verzoek van de teamchef B toegekend moet worden. De teamchef B wordt dus alsnog per datum aanvraag geplaatst als teamchef C.

Lees hier de hele uitspraak

OOK INTERESSANT

bottombanner

LID WORDEN VAN DE ACP?

AANMELDEN